De WHOA-procedure: De eerste drie uitspraken waarin een homologatieakkoord wordt afgewezen (DEEL 1)
Voor zover bekend zijn tot op heden (slechts) drie homologatieverzoeken afgewezen. Aan de hand van deze afwijzingen zullen wij bespreken waar de schuldenaar rekening mee moet houden en waar extra goed op moet worden gelet bij het aanbieden van het akkoord. In de eerste afwijzende uitspraak door de rechtbank Den Haag van 2 maart 2021 informeerde de schuldenaar de rechtbank onvoldoende over de manier waarop de schuldeisers in staat zijn gesteld (tijdig) hun stem uit te brengen. Ook ging het mis met de (tijdige) oproeping van de schuldeisers voor de homologatiezitting. Daar kwam nog bij dat wezenlijke informatie aan de schuldeisers bij het uitbrengen van hun stem werd onthouden. In deel 2 zullen wij de (afwijzende) uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant van 27 augustus 2021 bespreken en in deel 3 de afwijzing door de rechtbank Den Haag van 3 september 2021.
De eerste afwijzing: Rechtbank Den Haag, 2 maart 2021
In deze uitspraak werd een WHOA-verzoek tot homologatie van een akkoord afgewezen op grond van de algemene afwijzingsgronden van artikel 384 lid 2 sub en sub c Fw. De rechtbank heeft daarnaast als grond voor afwijzing genoemd dat de levensvatbaarheid van de onderneming evident onaannemelijk is., Algemene afwijzingsgronden:
- Artikel 384 lid 2 sub c Fw schrijft voor dat de rechtbank een verzoek tot homologatie afwijst (onder meer) als het akkoord of de daaraan gehechte bijlagen niet alle in artikel 375 Fw voorgeschreven informatie omvatten. Wat betreft de toets van artikel 384 lid 2 sub c Fw stelt de rechtbank voorop dat het voor haar beoordeling, en ook overigens voor de beoordeling van het akkoord door de schuldeisers, van groot belang is dat sprake is van een compleet en helder dossier, waarbij op relatief eenvoudige wijze duidelijk wordt hoe men tot bepaalde berekeningen en de daarop gebaseerde beslissingen is gekomen. Voor zuivere besluitvorming is immers ook nodig dat een akkoord transparant is: de informatie die in het akkoord en de bijlagen is opgenomen moet correct zijn en moet toereikend zijn om de schuldeisers in staat te stellen tot een afgewogen keuze te komen.
Levensvatbaarheid van de onderneming:
- (…)De WHOA ziet primair op ondernemingen die vanwege een te zware schuldenlast insolvent dreigen te raken, maar beschikken over bedrijfsactiviteiten die nog wel levensvatbaar zijn (Kamerstukken II, 2018-2019, 35 249, nr. 3, p. 1). Bij een eenmanszaak is hierbij niet alleen van belang of de bedrijfsactiviteiten tot een positief financieel resultaat kunnen leiden, maar tevens of dat positieve resultaat de ondernemer in staat stelt om in de kosten van levensonderhoud te voorzien. De rechtbank onderkent dat het ook hier in de eerste plaats aan de schuldeisers is om zich een oordeel te vormen omtrent de levensvatbaarheid van de bedrijfsactiviteiten van verzoeker. Dat neemt niet weg dat de rechtbank een verzoek tot homologatie van een akkoord kan afwijzen als evident onaannemelijk is dat sprake is van een (na uitvoering van het akkoord) levensvatbare onderneming.
Het Instituut voor Midden- en Kleinbedrijf (IMK) heeft zich in een rapportage uitgelaten over de levensvatbaarheid van de onderneming van de verzoeker. Verzoeker heeft de rapportage niet gedeeld met de schuldeisers en ook niet bij het homologatieverzoek gevoegd. Daarnaast heeft de gemeente Den Haag een verzoek van de schuldenaar om bijstand voor zelfstandigen (Bbz) afgewezen, waarbij zij het rapport van de IMK heeft meegewogen bij haar beslissing. Voorts is het weinig aannemelijk het geprognotiseerde netto resultaat voor 2021 en 2022 de verzoeker in staat zou stellen om in de kosten van zijn levensonderhoud te voorzien. De rechtbank is van oordeel dat het onaannemelijk is dat de bedrijfsactiviteiten van de verzoeker levensvatbaar zijn en met het akkoord een faillissement kan worden afgewend.
Conclusie
Om een WHOA-procedure succesvol te doorlopen, dient de schuldenaar zijn schuldeisers volledig en correct te informeren en de gelegenheid te bieden om op het akkoord te reageren en hun zienswijze te geven. Daarnaast dient de schuldenaar voor een toewijzing van de homologatie voldoende aannemelijk te maken dat (na uitvoering van het akkoord) sprake zal zijn van een levensvatbare onderneming.
Contact
Mocht u twijfelen of de WHOA-procedure zinvol is voor uw onderneming, neem dan gerust contact met ons op. Wij helpen u graag door een eerste scan te doen, waarbij wij controleren of u gebruik kunt maken van de WHOA.